|
|
|
Een rugzaktocht in Slovenië
- Algemene beschrijving
De dia's zijn gemaakt langs de E6, een Europese Wandelweg die loopt van Flensburg aan de Oostzee tot Rijeka in Kroatië aan
de Adriatische Zee.
In 2006 liepen we 11 dagen een stuk in Slovenië van Mozirje ten noordoosten van Ljubljana
(de hoofdstad van Slovenië) naar Nova Vas, een dorp ten zuiden van Ljubljana.
- Algemene kenmerken van deze tocht
De tocht is geheel gemarkeerd met de bekende rood-witte cirkels of strepen.
Over het algemeen heel goed gemarkeerd. Alleen het stuk ongeveer 4 uur lopen naar en in de vallei van de rivier
de Iska is slecht gemarkeerd.
Bovendien ontbreekt in de vallei het voetpad aan de rechterkant van de oever.
Daarom links lopen, wil je niet zoals wij genoodzaakt zijn een half uur door de rivier te lopen.
|
|
|
|
|
|
Deze dia, van een eerdere 12 daagse tocht, in 2003 van Maribor naar Trbolje,
laat zien hoeveel aan-gegeven wandelingen je in de buurt van Maribor kan maken.
Kruisbeeld in landschap, tocht in 2003 van Maribor naar Trbolje.
|
|
|
- Landschap
Het landschap lijkt op dat in Bourgondië. Heuvelachtig, af en toe bos, dan weer weiden, dan weer akkerland.
Geen woeste gronden. Geen rotsen. Alles is bedekt, maar met name de eerste 5 dagen van onze tocht liepen we
door heel geaccidenteerd terrein. Je loopt op voetpaden of grindwegen. Waar je al van ver een auto
kan horen aan komen knerpen. In de buurt van Ljubljana loop je soms op asfalt.
De uitzichten zijn heel weids,
bergen schuiven als decors over elkaar heen. Met name de avondzon is mooi. Overal op de kammen kom je kerkjes tegen
waar je ook bij kunt kamperen en waar een zitje is om je eten op te eten. Het is er heel erg stil. Geen geluid,
af en toe bewoning. In het eerste deel van de tocht boerderijen met bijgebouwen en huizen voor de knechts.
Gehuchten. Geen industrie. Elke dag kom je een dorp tegen of een café, waar je kunt eten en drinken.
- Bewoners
De bewoners zijn zeer gastvrij. Wij zijn op onze tocht van 11 dagen wel 15 keer uitgenodigd om wat te eten of te drinken.
Maar let op: wij spreken redelijk Servo-Kroatisch en dat is een verwante taal van het Sloveens.
De ouderen spreken deze taal ook omdat ze die vroeger op school hebben geleerd.
De landstaal is Sloveens. Een ondertaal van het Servo-Kroatisch. Je kan het proberen met Engels of Duits,
maar de talenkennis is gering. Ook bij de jongeren. Let wel: het is platteland. Er zijn geen campings en bijna geen hotels.
We hebben 1 keer in een natuurvriendenhuis geslapen. Je moet dus een tent meenenemen en kookgerei en enig eten en drinken.
Water is er genoeg. Het kamperen is geen probleem. Overal zijn velden en na enig zoeken vind je wel een recht stuk.
Kamperen is toegestaan, maar je moet het wel vragen aan de eigenaar en die is soms moeilijk op te sporen
- Land
Slovenië is een republiek. Ongeveer twee derde van Nederland. Het bovenste gedeelte is alpien, vanaf 2000 meter.
Zuidelijker zijn heuvels. Slovenië is heel bosrijk. Je kunt er overal met euro's betalen en de mensen zijn verheugd
dat zij bij de unie horen. Heel westers georienteerd. Grote huizen. Op het platteland worden deze zelf gebouwd.
Onze indruk is dat Slovenië steeds rijker wordt. Veel auto's, mobiele telefoons, onderhouden tuinen met tuinkabouters,
barbecuen op zondag met de hele familie. Katholiek. Netjes. Wat ons vooral opviel is de grote hoeveelheid ruimte die de
bewoners hebben en nodig hebben. Een nieuw huis van 10 bij 10 meter en dan drie lagen hoog, bewoond door man,
vrouw en 1 kind is niets bijzonders. En dan heb je kans dat ze nog een huisje aan zee hebben en eventueel nog een
huisje met kleine wijngaard.
|
|
|
Geheel nieuw kapelletje, vermoedelijk uit 2002.
Mierenhoop in het bos.
Het moerasgebied bij Maribor, net als de twee dia's daarboven, tijdens een tocht in 2003
van Maribor naar Trbolje gefotografeerd.
|
|
|
|
Tent op grasveldje bij kapelletje. Onze eerste nacht. We zijn vertrokken van Mozirje,
een stadje ten noordoosten van Ljubljana, de hoofdstad en de grootste stad van Slovenië.
|
| |
Eerst met de trein van Ljubljana naar Celje en dan met de bus naar Mozirje. De route ligt even buiten de stad.
Gaan staan op grasvelld nadat we bij een boer beneden gevraagd hadden of dat mocht. Daar ook water gehaald.
Verder hebben we alles bij ons: tent, kookgerei, eten slaap-gerei. Ik tot 16 kilo, Marianne tot 14 kilo.
|
|
|
Kerkje. We hebben net wat gegeten aan een bankje.
Dit soort kerkjes staan op de kammen en vind je overal op de route.
Altijd een zitbank erbij waar je kan eten en naar beneden kan kijken.
|
|
|
Een monument voor de koeriers uit de tweede wereldoorlog.
Deze heeft ook gewoed in Slovenië.
Veel Slovenen vochten aan de kant van de Duitsers.
|
|
| |
Uitzicht vanuit natuur-vriendenhuis in Jance op de 5de dag van de tocht.
Enige keer dat we in een huis hebben geslapen.
Bij avond. Heel veel uit-zichten op deze tocht.
|
| |
|
Interieur van kerk.
Dit stelt de heilige Jacobus van Santago de Compostella voor. Genomen zonder flits-licht.
|
| |
Dorpscafé. We ont-moeten enige wandelaars om ongeveer 12 uur die hun tocht al achter de rug
hadden en nu aan het bier of andere sterke drank zaten.
|
|
|
Kerk. 3 keer per dag wordt de klok geluid, overal bij zonsopgang, om 12 uur , het Angelus en bij zonsondergang.
Hetzij met een tijdklok en een machine, hetzij met de hand door de kerk-wachter.
|
| |
Uitzicht.
|
|
| |
Kapelletje; staan overal langs de route, ge-restaureerd zoals deze.
|
| |
|
Gastenverblijf en een kapelletje.
Gemaakt en versierd door de boer op wiens land we sliepen.
Vertelde ons dat hij erg alleen was. Had slechts een dochter enige kilo-meters verderop wonen.
Zo zijn er van onze ontmoetingen allerlei ver-halen te vertellen.
|
| |
Resten barbecue...
Een jachthuis midden in het bos.
|
|
|
Dit plaatje zegt op te passen voor beren met jongen. Er zijn heel veel beren, herten en zwijnen, helaas hebben we er geen ontmoet.
|
| |
Uitzicht
Waden door de rivier de Iska. Het enige moeilijke deel van de tocht. Deze etappe duurde 8 en een half uur.
|
|
| |
Na door de rivier gelopen te hebben klommen we naar boven en liepen gedurende meer als 2 uur langs de wand naar het
einde van de kloof.
We zijn dan wel zo beducht voor beren dat we voor iedere bocht roepen om aan te geven dat we eraan komen.
De beer mocht ons eens niet ruiken en ons finaal omver rennen.
Beren nemen namelijk altijd de grote weg of het makkelijke bospad.
|
| |
|
Het natuurvriendenhuis. Prettig om te slapen, in de morgen ontbijt en in de avond warm eten.
Slovenië is tamelijk goed-koop. We waren er in het weekend en er over-nachtte niemand in het huis.
|
| |
De huiswaard sloot alles af en we waren alleen. Op onze tocht zijn we geen andere mensen met rugzak tegengekomen en
heel af en toe wat dagjes mensen. Met name in het weekend.
|
|
|
Een praatje in de ochtend met onze gastvrouw. Nadat we uit de kloof kwamen vroegen we ergens
de weg en werden meteen uitgenodigd door een vrouw die en een boerderij had en overdag werkte voor een school als kokkin.
|
| |
Ze maakte in het donker een warme maaltijd klaar en in de ochtend zie je Marianne met haar moeder praten die net
ons ontbijt heeft geser-veerd en ons ook nog een plastic flesje met sterke drank meegeeft en dat alles voor niets.
|
|
| |
Onze kampplaats in het dorp.
|
| |
|
Uitzicht op Bloken, een vlak gebied onder Ljubl-jana. Onbewoond van-wege de koude winters.
Doorsneden door beken, waarin je rivierkreeften kunt zien.
|
| |
Paarden in de wei. Koeien, paarden en schapen en geiten in de weiden.
|
|
|
De kruising tussen twee grote Europese wandel-paden. De E6 en de E7. Het cafe is gesloten.
Er is nog een aparte hutje voor overnachting.
|
| |
Bospad. Door dit soort paden gaan we in het bos
|
|
| |
Overnachten in Bloken. Niemand in de wijde omgeving. Absolute stilte.
|
| |
|
Laatste nacht van onze tocht aan een recreatie-meer.
|
| |
| |
| |
|